Zoek trefwoord in element

Aggregatie

Aggregeren van feiten in het modelleren van data tbv rapportages.

Conceptuele Data entiteit

Brengt binnen een domein aan welke conceptuele data entiteiten voorkomen. Dit wordt gemodelleerd met de specialisatie of aggregatie connector tussen een domein en een data entiteit. Er wordt zo veel mogelijk voorkomen dat een conceptuele data entiteit onder meerdere domeinen valt Van iedere data entiteit wordt een definitie gegeven. Desgewenst wordt onder de kenmerken een lijst van synoniemen opgegeven. Een domein data entiteit heeft alle kenmerken van de conceptuele data entiteit.

Conceptuele Data entiteit

Brengt binnen een domein aan welke conceptuele data entiteiten voorkomen. Dit wordt gemodelleerd met de specialisatie of aggregatie connector tussen een domein en een data entiteit. Er wordt zo veel mogelijk voorkomen dat een conceptuele data entiteit onder meerdere domeinen valt Van iedere data entiteit wordt een definitie gegeven. Desgewenst wordt onder de kenmerken een lijst van synoniemen opgegeven. Een domein data entiteit heeft alle kenmerken van de conceptuele data entiteit.

Conceptuele modelleer- en naamgevingsconventie

  • Modellering binnen ArchiMate gebaseerd op BusinessObject stereotypen Voor het CDM wordt alleen gebruik gemaakt van ArchiMate Business objecten en hun onderlinge relaties.
  • Conceptuele entiteit is een zelfstandig naamwoord Naamgevingsconventie gebaseerd op de ArchiMate regels.
  • Conceptuele entiteit is in enkelvoud Enkelvoud gekozen ter voorkoming van duplicaten in het model.
  • Conceptuele entiteiten worden aan elkaar gerelateerd met een ArchiMate associatie De associatie geeft aan dat er een verband is zonder verdere typering. Desgewenst kun je een richting aangeven.
  • Conceptuele ArchiMate associatie heeft een werkwoord als naam De naam van een associatie geeft een verduidelijking van de relatie.
  • Nederlandse naam voor de entiteiten en associaties Voertaal in het model is Nederlands dus de concepten krijgen Nederlandse namen.
  • Aggregatie relatie voor de heeft relatie Introduceren van groeperingsmogelijkheden of groepering van elementen. Bijvoorbeeld bij het gebruik van datadomeinen.
  • Specialisatie relatie voor de is_een relatie Introductie van een hierarchie op basis van specialisaties.
  • Composities worden op dit moment niet gemodelleerd gebruik een aggregatie Afhankelijk van de context van de organisatie kan deze worden toegevoegd. Hier wordt gekozen voor een relatief eenvoudig model met een beperkt aantal concepten.
  • Bij Engelse termen worden de Nederlandse termen als synoniem opgenomen Nederlands is de voertaal, is een Engelse term meer gebruikt dan de Nederlandse term als synoniem opnemen.
  • Er worden geen attributen gemodelleerd. Als een attribuut van belang is in het CDM benoem het dan als een Element Detaillering op basis van attributen wordt ontmoedigt in het CDM is onderdeel van het LDM.

Data Register

MDM functie van aggregatie van de data in een gestandaardiseerd data model

Element

Beschrijvend concept dat een kenmerk binnen een model beschrijft. Het element is een kern concept in het model en is een aggregatie van meerdere detaillering. Ieder element kan een eigen stereotypering hebben waarmee het een eigen verschijningsvorm en betekenis heeft afhankelijk van de modelleertaal.

HR Management

Aggregatie van een aantal bedrijfsfunctie op het vlak van Human Resource.

Logische modelleer- en naamgevingsconventie

  • Modellering binnen UMLclass diagram gebaseerd op Class en Enumaratie stereotypen Uitwerking op een beperkte set van concepten uit de UML statische modellering.
  • Logische entiteit is een zelfstandig naamwoord Naamgevingsconventie dat entiteiten een zelfstandig naamwoord is
  • Logische entiteit is in enkelvoud Logische datamodelling is (arbitrair) gekozen voor enkelvoud.
  • Logische entiteiten worden aan elkaar gerelateerd met een UML associatie
  • Logische UML associatie heeft een werkwoord als naam Er wordt een werkwoord opgegeven, niet op basis van een rolnaam aan beide zijden van de relatie
  • UML associatie beschrijft onder- en bovengrens cardinaliteiten (meervoudigheid) aan beide zijden van de connector Cardinaliteiten meestal op basis van 0..1, 1..1, 1..*, 0..*.
  • Specialisatie in het LDM is een is-een relatie conform definitie in CDM Hiermee wordt een hiërarchie geïntroduceerd voor modellering
  • Aggregatie in het LDM is een heeft-een relatie conform definitie in het CDM Groepering en clustering van elementen met een aggregatie.
  • Logische entiteit heeft een definitie Definitie is een tekstuele verklaring van de betekenis van het element
  • Attributen hebben een beschrijvende naam In een Nederlandse beschrijving zonder beperkingen vanuit de technologie
  • Attributen kunnen een definitie hebben Kan een attribuut meedere betekenissen hebben dan is een defiiniie noodzakelijk
  • Attribuut heeft een datatype of een enumeratie naam als datatype Maak gebruik van een standaardlijst van datatypes, bijvoorbeeld de VB datatypes is een mooi startpunt voor datatypes.
  • Attribuut kan een scope hebben als de scope gedefinieerd is in het metamodel Scope wordt alleen gebruikt als dit toegevoegde waarde heeft voor de context van de organisatie.
  • Attribuut kan een onder en boven cardinaliteit hebben (default is 1..1) en 0..1 Meervoudigheid van attributen zelfde opzet als bij de relaties. Met name om de optionaliteit van attributen te definieren.
  • Enumeraties op een attribuut worden gebruikt voor domeinspecificatie Modeldetaillering voor het toepassen van een regel op basis van een domein voor een attribuut
  • Voor attributen kunnen naast enumeraties ook geaggregeerde attribuuttypen of complextypes worden gebruikt Complextypes kunnen gebruikt worden om de leesbaarheid van een model of diagram te kunnen vereenvoudigen.
  • Modelleer specialisaties uit als deze eigen attributen of eigen relaties heeft Dit wordt toegepast als refactorings aspect om in het model gebruik te maken van de specialisaties om dit eenvoudig leesbaar te houden.

Meta Data Model Register

Aggregatie van de verschillende registers, administratie en metamodellen voor data management (kennisgebieden).

Meta Data Model Register

Aggregatie van de verschillende registers, administratie en metamodellen voor data management (kennisgebieden).

Meta Data Model Repository

Aggregatie van de verschillende registers, administratie en metamodellen voor data management (kennisgebieden).

Modelleer en naamgevingsconventie Data Governance

  • Model uitwerken met ArchiMate motivatie elementen Voor de governance modellen worden alleen ArchiMate concepten gebruikt omdat dit nauw aansluit bij de enterprise architectuur modelleerwijze.
  • Centrale elementen zijn principes en doelen Principes realiseren de doelen. Desgewenst kun je de principes uitbreiden met eigenschappen zoals rationale en implicaties.
  • Leg relatie tussen het conceptuele datamodel en de data management doelen en kaders Verbinding met de elementen in het CDM naar de doelen en principes zijn een essentieel aspect in de governance modellering.
  • Leg de data governance elementen en modellen uit in een register gemodelleerd in deliverables Rond de uitgewerkte modellen is het opzetten van een metadata register een belangrijk effect van deze modellering.
  • Metadata register is een aggregatie van een aantal verschijningsvormen van de data governance modellen Het register voegt de verschillende uitgewerkte modellen samen en legt verbanden tussen de elementen.

Data Modeling Conceptual

Een voorbeeld van een hiërarchie van de entiteiten in het conceptuele datamodel. Deze afbeelding is een weergave specifiek voor het gebruikte modelleertool. Echter ook andere modelleertools zullen een dergelijke weergave kennen. Het voorbeeld is uitgewerkt in ArchiMate, deze modelleertaal bestaat uit een gestereotypeerde graaf waarin op eenvoudige wijze te zien is welke verbanden er zijn tussen de concepten op basis van verschillende soorten associaties, zoals specialisatie, aggregatie en een associatie. De concepten zijn in dit voorbeeld uitgewerkt als ArchiMate business objecten Kenmerken Het conceptueel model (begrippenlijst en begrippenboom) heeft de volgende kenmerken:
  • Krachtige notatiewijze waarin begrippen op eenvoudige wijze aan elkaar gerelateerd kunnen worden
  • Eenvoudig toepasbaar bij gebruik voor stakeholders zonder modelleerervaring
  • Kan goed gebruikt worden in interactieve workshops
  • Toepasbaar op hoge abstractie niveaus, voornamelijk conceptueel
  • Goed eerste startpunt bij een top down benadering van een objectmodel
  • Goed model om discussie op gang te brengen tussen domeinexperts
  • Belangrijk hulpmiddel bij het opstellen van datamodellen bij ketenintegraties
  • Hiërarchieën kunnen complex worden als er veel generalisaties worden gebruikt
Toepassingen Conceptuele datamodellen worden vooral toegepast op een hoog abstractieniveau van datamodellering. Het biedt een goed startpunt voor het in kaart brengen van het gegevensdomein. In complexe domeinen is de begrippenboom een goed startpunt om te komen tot een gezamenlijk domeinmodel waarbij de begrippen de hoogste hiërarchie omvatten. Houdt er rekening mee dat ondanks de eenvoud van de notatiewijze het opstellen van een conceptueel model een complex traject kan zijn, zeker bij een complex domein of binnen een organisatiecontext waar rond datamodellering weinig volwassenheid is. Gerelateerde domeinen Gezien het hoge abstractieniveau van het conceptueel model is het een centraal model voor meta data. In onze drie bij drie matrix zijn alle andere domeinen op enigerlei wijze gerelateerd aan het conceptueel datamodel Binnen ArchiMate is in het voorbeeld met behulp van business objects een begrippenboom opgesteld. Deze objecten worden vervolgens als koppelpunt naar bijvoorbeeld bedrijfsprocessen of -functies ingezet. Ook wordt de begrippenboom veelvuldig gecombineerd met een Logisch Data Model. Hiermee ontstaat een hybride datamodel waarbij de begrippenboom als startpunt dient op een hoog abstractieniveau en logisch datamodel de detaillering van deze begrippen uitwerken in de klassen, attributen en associaties.

Viewpoint Bouwblokken Basis Applicatielaag

Primaire concepten In de applicatielaag zijn de drie specialisaties van de bouwblokken relatief eenvoudig te relateren aan een ArchiMate element, namelijk:
  • Service <-> Application_Service
  • ABB <-> Application_Function, zoals reeds genoemd kan hier ook een ander behavioural element gebruikt worden
  • SBB <-> Application_Component
Tussen de elementen kunnen ArchiMate relaties gedefinieerd worden:
  • Service <-> ABB: Realisation
  • SBB <-> ABB: Assignment
  • xBB <-> xBB: Aggregation
Met name de laatste associatie de aggregatie is van belang omdat hiermee samengestelde bouwblokken samengesteld kunnen worden. Naast de genoemde associaties zijn meerdere typen associaties te kiezen zoals de dynamische associaties. Bij het uitwerken van de views binnen dit viewpoint staat het je vrij deze extra associaties toe te passen, mits uitgewerkt in de reeds aanwezige algemene viewpoints. Secundaire concepten Naast de primaire elementen en associaties zijn er een tweetal elementen en associaties relevant, echter niet in alle architectuur domeinen. Dit zijn:
  • Data_Object, binnen bijvoorbeeld de integratie architectuur zijn data objecten noodzakelijk voor het beschrijven van bijvoorbeeld herbruikbare bericht definities binnen een bouwblok.
  • Applicatie_Interface, eveneens binnen de integratie architectuur is voor de implementatie van bijvoorbeeld een webservice dit concept noodzakelijk als extra ArchiMate element binnen de xBB modellering.

Viewpoint Bouwblokken Technische laag

Primaire concepten In de technische laag zijn de drie specialisaties van de bouwblokken relatief eenvoudig te relateren aan een ArchiMate element, namelijk:
  • Service <-> Technology_Service
  • ABB <-> Technology_Function, zoals reeds genoemd kan hier ook een ander behavioural element gebruikt worden
  • SBB <-> System_Software, Node, Network, Device, Path en andere technische actieve structuur elementen.
Tussen de elementen kunnen ArchiMate relaties gedefinieerd worden:
  • Service <-> ABB: Realisation
  • SBB <-> ABB: Assignment
  • xBB <-> xBB: Aggregation
Met name de laatste associatie de aggregatie is van belang omdat hiermee samengestelde bouwblokken samengesteld kunnen worden. Naast de genoemde associaties zijn meerdere typen associaties te kiezen zoals de dynamische associaties. Bij het uitwerken van de views binnen dit viewpoint staat het je vrij deze extra associaties toe te passen, mits uitgewerkt in de reeds aanwezige algemene viewpoints. Secundaire concepten Naast de primaire elementen en associaties is er element en associatie relevant, echter niet in alle architectuur domeinen. Dit zijn:
  • Technology_Interface, eveneens binnen de integratie architectuur is voor de implementatie van bijvoorbeeld een webservice dit concept noodzakelijk als extra ArchiMate element binnen de xBB modellering.
  • Een introductie van een artefact is in deze alleen in bepaalde deelgebieden relevant (geo). In andere gevallen zal worden uitgeweken naar een taal met meer detail zoals UML klasse diagram of XSD modellen. In dat laatste geval wordt er via een trace associatie gelegd tussen de modelleertaal concepten.

Voorbeeld ABB Basis PIM

Dit model is relatief eenvoudig van opzet, er is een applicatie service die wordt ingevuld door één logische applicatie functie. Echter dit kan in andere situaties een meer complexe samenstelling zijn. Wordt er voor de architectuur bouwblokken een register of portfolio opgesteld dan is dit een extra vorm van aggregatie. Alternatief is om via het service portfolio te aggregeren en groeperen. Is een discussiepunt.

Voorbeeld ABB Samengesteld PIM

Een service kan opgebouwd zijn uit meerdere ABB. In dit voorbeeld een service die ingevuld wordt door een aantal ABB. Ook hierbij is het punt van de samenstelling een punt van aandacht. Er kan een aggregatie toegevoegd worden van een samengestelde ABB die de andere ABB aggregeert en dit als samengestelde service aanbiedt. Is afhankelijk van de context van de bouwblokken, echter wel een punt om een werkinstructie van te maken. Desgewenst kan ook een join worden toegepast.