Integratie viewpoint

Doel: Inzicht geven in koppelingen tussen de applicatie en de daarbij gebruikte patronen uit de referentie architectuur Systeem integratie.Verplicht: Alleen in het geval dat er een koppeling tussen applicatie gerealiseerd moet worden en dit niet past in de eerder genoemde applicatie view. Een integratie view is te realiseren door het gekozen integratie patroon uit de referentie architectuur te kopiƫren en vervolgens te voorzien van de implementatie in applicatie componenten, interfaces etc.

Diagram in standaardweergave

Integratie Interface Afnemer (Application Interface)

Naamgeving: {naam van de service} AfnemerBijvoorbeeld: Relatie_SRV Afnemer

Details van Integratie Interface Afnemer (Application Interface)

Data Object

Een dataobject vertegenwoordigt data die gestructureerd is voor geautomatiseerde verwerking. Een dataobject moet een op zichzelf staand stukje informatie zijn met een duidelijke betekenis voor de organisatie, niet alleen voor applicatieniveau. Een dataobject modelleert doorgaans een objecttype waarvan meerdere exemplaren in operationele applicaties kunnen bestaan.NaamgevingsconventiesGebruik: Zelfstandig naamwoord in het enkelvoud. Bijvoorbeeld: Zoekvraag, Zoekresultaat Logische naam. Vermijd technische namen als dossier, database.

Details van Data Object

Integratie Component (Application Component)

Component toegewezen aan de integratie functie als middleware functionaliteit.

Details van Integratie Component (Application Component)

Integratie Interface Bron (Application Interface)

Betreft de interface binnen de integratielaag die toegang geeft tot de bron. Dit kan een IMH of ORCH zijn.Naamgeving: {naam van de service} BronBijvoorbeeld: Relatie_SRV Bron

Details van Integratie Interface Bron (Application Interface)

ApplicationInterface

Een applicatie-interface vertegenwoordigt een toegangspunt waar applicatieservices beschikbaar worden gesteld aan een gebruiker, een andere applicatiecomponent of een knooppunt. Een applicatie-interface specificeert hoe de functionaliteit van een component toegankelijk is voor andere elementen. Een applicatie-interface stelt applicatieservices beschikbaar aan de omgeving.NaamgevingsconventiesGebruik: Zelfstandig naamwoord. Bijvoorbeeld: GUI, REST API, Webservice.

Details van ApplicationInterface

Application Component

Een applicatiecomponent vertegenwoordigt een encapsulatie van applicatiefunctionaliteit afgestemd op de implementatiestructuur, die modulair en vervangbaar is. Een applicatiecomponent is een op zichzelf staande eenheid. Als zodanig is het onafhankelijk inzetbaar, herbruikbaar en vervangbaar. Een applicatiecomponent voert een of meer applicatiefuncties uit. Het encapsuleert zijn inhoud: de functionaliteit is alleen toegankelijk via een set applicatie-interfaces. Samenwerkende applicatiecomponenten zijn verbonden via applicatiesamenwerkingen.NaamgevingsconventiesGebruik: Zelfstandig naamwoord (naam van het pakket). Bijvoorbeeld: MsWord, Autonomy Federator

Details van Application Component

Integratie Service (Application Service)

Integratie Operatie (Application Function)

Technology Service

Een technologische service vertegenwoordigt expliciet gedefinieerd, blootgesteld technologisch gedrag. Een technologische service stelt de functionaliteit van een knooppunt bloot aan zijn omgeving. Deze functionaliteit is toegankelijk via een of meer technologische interfaces. Het kan artefacten vereisen, gebruiken en produceren. Typische technologische services kunnen bijvoorbeeld berichten-, opslag-, naamgevings- en directoryservices omvatten. Het kan toegang krijgen tot artefacten, bijvoorbeeld een bestand met een bericht.NaamgevingsconventiesGebruik: Zelfstandig naamwoord in de ing vorm. Bijvoorbeeld: Messaging, Broadcasting.

Details van Technology Service